Medicatie

Het doel van de medicamenteuze behandeling is het verlichten van symptomen, verbeteren van inspanningsintolerantie, kwaliteit van leven en de levensverwachting. Bij acuut hartfalen is de behandeling gericht op snelle afname van longstuwing door de inzet van diuretica (evt. intraveneus) en vaatverwijders en het toedienen van zuurstof. Een ziekenhuisopname is meestal onvermijdelijk. Bij chronisch hartfalen is de behandeling gericht op vermindering van symptomen, verbeteren van inspanningstolerantie en prognose en het voorkomen van ziekenhuis (her)opnames.

Het medicamenteuze beleid wordt bepaald op basis van het type hartfalen. Het kan gaan om:

  • HFpEF: hartfalen met behouden linker ventrikel ejectie fractie (LVEF) (> 50%)

  • HFmrEF: hartfalen met matige LVEF (49-49%)

  • MFrEF: hartfalen met verminderde LVEF (<40%)


Bij de instelling van een optimaal medicatiebeleid dient men rekening te houden met de individuele (wensen van de) patiënt, comorbiditeiten en polyfarmacie.

Medicatie wordt voorgeschreven door de behandelaar. Dat kan de cardioloog, physician assistant, verpleegkundig specialist of de huisarts zijn.

De meest voorkomende medicatiegroepen bij hartfalen zijn:

  1. Diuretica

  2. Bètablokkers

  3. Angiotensine Converting Enzymes inhibitors (ACE-remmers)

  4. Angiotensine Receptor Blokkers (ARB's oftewel AII-Antagonisten)

  5. Aldosteron-antagonisten

  6. SGLT-2 remmers


Medicatie algemeen:

  1. Behandeling met NSAID`s dienen worden te vermeden!

  2. Voor de behandeling van pijn heeft paracetamol de voorkeur.

  3. Voor informatie over medicatie en gebruik (bij ouderen) zie


Zie de subpagina's voor meer informatie per medicament