Diagnostiek

De diagnose hartfalen wordt gesteld door:

  • objectief bewijs van een functionele afwijking van het hart in rust d.m.v. een echocardiogram en/of een verhoogd (Nt-pro)-BNP.

  • symptomen passend bij hartfalen (zoals kortademigheid, vermoeidheid en/of perifeer oedeem) en onderzoeksbevindingen passend bij hartfalen (bijvoorbeeld crepiteren van de longen, verhoogde centraal veneuze druk (CVD), perifeer oedeem, vergrote lever, heffende/verbrede ictus, hartgeruis, tachycardie, tachypnoe, 3e harttoon) (2).

Bronnen

2. Nederlands Huisartsen Genootschap. Standaard hartfalen 4.0. [Internet]. Beschikbaar via: https://richtlijnen.nhg.org/standaarden/hartfalen. [Geraadpleegd 1 december 2021].