Aandoeningen van de vaten, zoals een myocardinfarct of aneurysma.
Aandoeningen van de longen (zoals COPD).
Aandoeningen van de hartspier (cardiomyopathie), zoals hypertrofie of dilatatie van de ventrikels. Aandoeningen van de hartspier kunnen ook aangeboren (congenitaal) zijn.
Klepafwijkingen.
Ritmestoornissen, zoals atriumfibrilleren.
Niet cardiale volumebelasting zoals door zwangerschap, koorts, schildklierproblemen en pulmonale hypertensie (1).
verandering in medicatie.
bewust of onbewust ingevoerde veranderingen in voedingsgewoonten: zoutbelasting, alcohol, veel vocht drinken.
complicaties ten gevolge van bedrust of verminderde weerstand: denk aan luchtweginfecties, erysipelas, longembolieën.
veranderingen in stofwisseling door andere orgaanziekten (schildklier- of nierziekten, diabetes mellitus).
toegenomen fysieke of mentale belasting (1).
Meursing BTJ, Lamfers EJP. Handboek hartfalen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum; 2021.